Lachen met mezelf. Ik doe het regelmatig. Om de kleinste dingen, zelfs waar wellicht niemand anders om zou kunnen lachen. Of juist daarom. Ik geloof dat blij zijn niet van anderen komt, maar van binnen in mij. Van binnen in mijn hart. Die blijdschap wil ik niet verbergen, al helemaal niet voor mezelf. Hoe vaak neem jij de tijd om met jezelf te lachen?
Als ik de neiging voel om te lachen, wil ik mijn blijdschap delen. Allereerst met mezelf, zodat niemand dat blije momentje van me kan afpakken. Maar ook zodat ik geen verkeerde verwachtingen van anderen creëer. Ik wil namelijk niet dat mijn blijdschap afhankelijk is van iemand anders, alleen van mezelf.
Even heel eerlijk, ik vind het best leuk om inside jokes met mezelf te delen. Grappige momenten of gedachtes die alleen ik begrijp. Waar waarschijnlijk toch niemand anders om zou lachen. Wat trouwens oké is, want zelf snap ik soms de humor van anderen ook niet. Het lachen met mezelf geeft een gevoel van verbondenheid met mezelf. Alsof ik mijn eigen beste vriendin ben. Misschien is dat ook een beetje zo.
‘Dan zie ik mezelf voor me als een 95-jarig omaatje in een of andere yogapose die zich helemaal ‘zen’ voelt en terugdenkt aan haar 25-jarige ‘ik’.’
Waar lach ik dan om? Bijvoorbeeld om een dag waarop ik letterlijk alles uit mijn handen laat vallen of er allerlei dingen stuk of misgaan. Kan het nog erger? Ja, dat kan. Kan er nooit eens iets goed gaan? Nee, niet in mijn leven. Dan gebeuren er zoveel negatieve dingen achter elkaar dat ik het een slechte film vind en de slappe lach krijg in mijn eentje. Of ik maak me op een dag heel druk om iets en dan ineens vraag ik me af: wat is het probleem eigenlijk? Vooral als ik me gestresst of zenuwachtig voel kan ik eigenlijk best vaak best hard om mezelf lachen. Dan zie ik mezelf voor me als een 95-jarig omaatje in een of andere yogapose die zich helemaal ‘zen’ voelt en terugdenkt aan haar 25-jarige ‘ik’. “Meid, volg je hart en geniet toch van het leven!”
Lach ik dan ‘met’ mezelf of ‘om’ mezelf? Ik denk een beetje van beide. Ik denk dat ik vooral het leven niet altijd té serieus neem. Uit onderzoek blijkt ook dat mensen die het leven én zichzelf – inclusief fouten en blunders die ze begaan – niet al te serieus nemen, veel meer lachen, het leven vieren én daardoor minder stress ervaren en beter kunnen omgaan met tegenslagen. Ze voelen zich, kortom, gelukkiger dan mensen die niet elke dag lachen.
Soms deel ik mijn blije momentjes of positieve grappen ook met iemand anders, zonder verwachtingen. Vaak maakt dat de ander aan het lachen en brengt dat me nog meer blijdschap, én een gevoel van verbondenheid. Maar als de ander het niet grappig vindt, dan is dat oké en verlies ik er geen geluk mee. Ik let daarbij op dat mijn humor nooit ten koste gaat van iemand, ook niet van mezelf. Een beetje zelfspot en plagen is natuurlijk oké, maar lachen moet naar mijn mening geen ongemak of spanning veroorzaken, het moet vooral ter ontspanning dienen.
Natuurlijk vind ik het ook prachtig dat ik samen met anderen, zoals lieve vriendinnen, kan lachen. Maar ik kan niet met ze lachen als ik niet eerst met mezelf kan lachen. Het klinkt een beetje cliché, maar hoe vaak staat een mens hier nou echt bij stil?
Hoe vaak neem jij de tijd om met jezelf te lachen?
Liefs,
Deborah

Geef een reactie